Nederland tekent voor Europese defensie

Gepubliceerd op: 13-11-2017

Veel tromgeroffel komt er niet aan te pas, maar toch staat Europa aan de vooravond van opnieuw een stevige sprong vooruit: zeker 23 landen, waaronder Nederland, tekenen morgen in Brussel voor een Europese defensie. Die moet de optelsom van nationale strijdkrachten extra vuurkracht geven, terwijl de belastingbetaler er per jaar ook nog eens 25 à 100 miljard beter van wordt.

Afbeelding verwijderdNee, een Europees leger onder Europees bevel wordt het niet, zo houdt buitenlandchef Federica Mogherini hardnekkig vol, maar de ontwikkeling van materieel en nieuwe wapensystemen, het aankoopbeleid en zelfs operaties worden straks allemaal wel gemeenschappelijk. Dat is goedkoper en efficiënter. 

Wie op een eenvoudig staatje ziet hoeveel verschillende soorten wapensystemen, tanks, fregatten en jachtvliegtuigen de Europeanen hebben, en hoe oneindig veel sterker de Amerikanen zijn met een fractie daarvan, begrijpt niet dat de ‘Permanente gestructureerde samenwerking’ of Pesco in de Engelse afkorting, zó lang op zich heeft laten wachten. 

De vrees voor verlies van nationale autonomie, verzwakking van de Navo of boze Amerikaanse reacties hielden het project decennia op. Commissievoorzitter Juncker viste het in 1954 (!) door de Franse Assemblée al eens naar de prullenbak verwezen plan bij zijn aantreden eind 2014 weer op, en deze zomer zetten kanselier Merkel en president Macron er de schouders onder: alle grote militaire projecten, inclusief de ontwikkeling van een toekomstig gevechtsvliegtuig, doen ze voortaan samen. Sindsdien is er geen houden meer aan. 

Mankracht
Een Europees defensiefonds en industrieel ontwikkelingsfonds staan in de steigers, door schuiven met posten heeft Brussel voor 2019 en 2020 de eerste 500 miljoen per jaar al vrijgemaakt, en zelfs de eerste 40 projecten liggen al op de plank. Vrijblijvend is de deelname niet. Met hun handtekening binden Zijlstra (Buitenlandse Zaken) en Bijleveld (Defensie) ons land aan de besteding van minstens 20 procent van het defensiebudget aan investeringen, indiening van een jaarlijks defensieplan en deelname, met mankracht en anders minimaal financieel, aan alle missies en operaties waartoe ‘Pesco’ besluit. 

Geruststellend is dan misschien weer wel dat Pesco dat alleen bij unanimiteit doet. ,,Nederland behoudt te allen tijde de zeggenschap over de inzet van Nederlandse militairen”, aldus Zijlstra in een brief aan de Kamer. En laat dan aan Rutte maar over dat ook het Nederlandse bedrijfsleven voluit profiteert van het gemeenschappelijke aankoopbeleid. 

Veranderen
Voor de industrie gaat er wel wat veranderen. De defensiemarkt, nu nog voor 80 procent nationaal, wordt opengebroken, Brussel wil met een fonds van straks 5 miljard Europese aankopen stimuleren. Bedrijven zullen, net als de strijdkrachten, veel meer moeten gaan samenwerken. De strijdkrachten in Nederland doen dat trouwens al volop: met België (marine en luchtmacht) en Duitsland (landmacht). Straks beschikken alle landen over eenheden, die ‘inter-operabel’ zijn en inzetbaar voor zowel Navo-, EU- als VN- en nog andere operaties.

Juncker – ‘als we niet zelf voor onze veiligheid zorgen, zal niemand anders dat voor ons doen’ – kan dus tevreden zijn. Eind november vorig jaar legde hij zijn plannen op tafel, morgen wordt er getekend. Diplomaten in Brussel tonen zich verrast over deze on-Europees snelle besluitvorming, maar de waarheid is natuurlijk dat de onrust en instabiliteit aan onze oost- en zuidgrens en assertief of wispelturig leiderschap in Moskou, Ankara en Washington flink hebben geholpen. Leuk is anders, maar iets van de eer zou morgen ook naar Poetin, Erdogan en Trump moeten gaan.

Bron : ad.nl

Altijd op de hoogte? Meld u aan voor de wekelijkse nieuwsbrief