Dienstmaat eist vervolging van Admilson R. voor veroorzaken explosie Afghanistan

Gepubliceerd op: 5-1-2018

Admilson R. (33) uit Hoogeveen moet worden vervolgd voor het veroorzaken van een explosie met een handgranaat in een Nederlands legervoertuig in Afghanistan.

Dat vindt advocaat Sébas Diekstra, die namens Afghanistan-veteraan Erik Groenendijk (35) uit Alphen aan den Rijn een klachtprocedure heeft aangespannen bij het militair gerechtshof in Arnhem. 

Admislon R. in gevangenis
Ex-beroepsmilitair Admilson R. zit al jaren in de gevangenis in afwachting van zijn definitieve veroordeling voor de moorden op Berend Smit uit Dwingeloo en het echtpaar Veenendaal uit Exloo. De roofmoorden heeft hij in 2012 en 2013 gepleegd samen met zijn jongere broer Marcos. Tegen de twee mannen is levenslang geëist. Hun hoger beroep wordt over twee maanden hervat.

Advocaat Diekstra vindt dat de Hoogevener moet worden vervolgd voor poging tot moord of voor doodslag. ,,Er bestaat een redelijk vermoeden dat R. betrokken is bij een aanslag op het leven van mijn cliënt.” De zaak wordt binnenkort behandeld door het hof.

Granaatexplosie
Tijdens zijn tweede missie voor defensie naar Afghanistan was R. betrokken bij een granaatexplosie op Camp Coyote in Uruzgan in 2010. Toenmalig militair Groenendijk, die goed bevriend was met de Hoogevener, was daarbij. R. en Groendijk werden er aanvankelijk van verdacht dat ze de granaat zelf tot ontploffing hebben gebracht. Uiteindelijk werd de zaak tegen beide militairen geseponeerd.

De mannen hebben zich daar toen bij neergelegd. Maar nadat R. met zijn broer werd opgepakt voor de roofmoorden ging Groenendijk twijfelen. Hij besloot alles nog een keer op een rijtje te zetten. Uiteindelijk kwam hij tot de conclusie dat R. de granaat in het voertuig moet hebben geplaatst en de explosie heeft veroorzaakt. Groenendijk liep daarbij een blijvende rugblessure op. Hij vindt dat R. voor het levensgevaarlijke incident moet worden vervolgd. Ook wil hij eerherstel.

Opnieuw onderzoek
Naar aanleiding van de aangifte van Erik Groenendijk heeft het Openbaar Ministerie aan de Koninklijke Marechaussee opdracht gegeven de explosie opnieuw te onderzoeken. Maar de uitkomsten van dit onderzoek hebben niet geleid tot heropening van de zaak. Er zouden geen nieuwe feiten zijn gevonden.

Advocaat Diekstra is het daar absoluut niet mee eens. Uit het onderzoeksrapport van de Koninklijke Marechaussee blijkt volgens hem dat R. door het rechercheteam – dat onderzoek deed naar de Drentse moorden – over de granaatontploffing is gehoord. ,,Hij heeft verklaard over en gereageerd op het feit dat hij eerder aan zijn broer Marcos heeft verteld dat hij de bewuste handgranaat heeft gegooid.”

Deze laatste bekentenis betreft volgens Diekstra een feit dat nog niet eerder bekend was. ,,Daarnaast is mijn cliënt van mening dat er geen enkele reden is te twijfelen aan het waarheidsgehalte van die verklaring, vooral omdat deze in vrijheid lijkt te zijn afgelegd. Hij vindt dat zijn latere verklaringen, waarin R. de bekentenis intrekt, als weinig geloofwaardig aangemerkt moeten worden.”

‘Zeer ernstig misdrijf dat rechtsorde heeft geschokt’
Het gaat, zegt Diekstra, om een zeer ernstig misdrijf dat de rechtsorde heeft geschokt. ,,Daarom is het belangrijk dat R. alsnog wordt vervolgd.” Naast om vervolging gaat de advocaat het hof ook vragen om alle stukken uit het onderzoeksdossier. De zaak wordt 15 januari achter gesloten deuren behandeld bij het militair hof in Arnhem. Admilson R. wordt voor deze zitting niet opgeroepen. In een later stadium kan aan R. wel worden gevraagd om zich bij het hof te laren horen over het granaatincident.

Bron: dvhn.nl

Altijd op de hoogte? Meld u aan voor de wekelijkse nieuwsbrief