‘Ze spreken de taal van militairen’

Gepubliceerd op: 20-7-2019

Vernieuwd CMH onderscheidt zich van civiele zorg

Een plek die je als militair liever wilt vermijden en waar je tegelijkertijd niet zonder kan: het Centraal Militair Hospitaal (CMH) aan de rand van Utrecht. Jaarlijks worden hier tienduizenden militairen geholpen, maar toch kiezen ook velen voor een behandeling in de burgermaaschappij.

“Ik kwam er niet om te herstellen, ik kwam er om weer militair te worden. Bij het CMH weten ze dat, daar spreken ze de taal van militairen. Ze luisteren naar je en lijntjes zijn kort.” Luitenant-kolonel Anton van den Belt raakte vorig jaar zomer zwaar geblesseerd aan zijn linkerbeen en voet na een ongelukkige val in Oostenrijk. Na 2 operaties en 5 maanden revalideren was hij boven verwachting snel weer inzetbaar. “Dat was niet mogelijk zonder de professionals van het CMH en Militair Revalidatie Centrum Doorn”, stelt hij.

Van den Belt werd geopereerd in het CMH en revalideerde daar ook. Hij is erg te spreken over de persoonlijke benadering: “Zelfs de mensen bij de receptie kennen je.”

Snel inzetbaar
Een uitzonderlijk juichverhaal? Er zijn meer successen, weet orthopedisch chirurg kolonel Suzanne de Jong uit ervaring. Zij is gemilitariseerd arts en werkt sinds 2011 bij het CMH. “We hebben bijna ieder specialisme in huis. En als we het zelf niet kunnen, wijken we uit naar de buren: het Universitair Medisch Centrum Utrecht.”

Lees het volledige artikel/foto's in de defensiekrant/2019/14/02

Bron : defensiekrant.nl

Altijd op de hoogte? Meld u aan voor de wekelijkse nieuwsbrief