Schiphol heeft een grote aantrekkingskracht op daklozen en mensen met verward of onbegrepen gedrag

Gepubliceerd op: 21-9-2025

“Deze ochtend belde de Koninklijke Marechaussee – in feite de politie op Schiphol – al over Miro, de Finse man die voor het hotel stond. De marechaussees vermoedden dat hij zorg nodig had en schakelden vervolgens de sociaal werkers in.”

Schiphol heeft een grote aantrekkingskracht op daklozen en mensen met verward of onbegrepen gedrag. Een team van sociaal werkers bekommert zich dagelijks om deze groep en zorgt voor de juiste hulp. Het Parool keek mee. ‘We zoeken altijd oogcontact. Als iemand je blik vasthoudt, is er vaak wat aan de hand.’ Bij een hotel naast Schiphol zit de 23-jarige Miro. Het is tien uur ’s ochtends en bewolkt, maar hij draagt een korte broek en grote zonnebril. Hij praat in zichzelf, neuriet mee met de muziek die uit zijn oortjes komt. Plots roept hij hard “Fuck!” Dan staat hij op en strompelt weg.

“Je kunt zien dat zijn voeten veel te verduren hebben gehad,” zegt Jasper Otte. Hij is sociaal werker bij Schiphol Social Work, een maatschappelijke organisatie die kwetsbare mensen op de luchthaven aan de nodige hulp en zorg helpt. Deze maand zijn ze tien jaar actief. Het Parool liep een dag mee.

Miro vertelt Otte en zijn collega Hugo Klein Haneveld dat hij vanuit Istanboel moest overstappen in Amsterdam. Op Schiphol raakte hij de weg kwijt. Omdat hij onbegrepen gedrag vertoonde, werd hij geweigerd op zijn aansluitende vlucht naar Helsinki, waar hij woont.

Uiteindelijk kwam hij in dit hotel terecht. Ook daar werd hij weggestuurd. Drugs heeft hij niet gebruikt, zegt hij, wel alcohol. Op zijn telefoon laat hij groepsfoto’s zien van de avond ervoor, met andere hotelgasten. “My brothers,” zegt Miro. “We hebben bier gedronken.”Otte en Klein Haneveld vermoeden dat de man een psychose of manische episode heeft. “We gaan je meenemen naar de medische post en je naar Finland helpen komen,” zegt Otte. Miro geeft hem een boks en lacht. “Ik ben blij dat jullie er zijn,” zegt hij in het Engels. “Safety first. Ik wil niemand tot last zijn. Heb je een sigaret? FUCK!”

Juiste zorg krijgen
Tot 2015 was de luchthaven een verzamelplek voor zorgmijders, vertelt Simon van Bockel, initiatiefnemer en directeur van Schiphol Social Work (SSW). Hij zit in het kantoor van de organisatie, een kleine container vlakbij de terminal. “Tientallen kwetsbare mensen leefden hier in anonimiteit. Sommigen waren jaren daarvoor op Schiphol gestrand. Er was sprake van overlast, winkeldiefstal en drugsgebruik. Ze bivakkeerden in de parkeergarages, sliepen buiten in tentjes.”

Volgens Van Bockel was de situatie verre van ideaal. “Hun aanwezigheid werd gedoogd en ze konden hun hoofd net boven water houden. Maar op Schiphol zijn geen hulpvoorzieningen. Wij denken dat het beter is als kwetsbare mensen teruggaan naar hun eigen gemeente of land van herkomst, zodat ze de juiste zorg krijgen.”

Met die insteek werd het sociaal werk op de luchthaven opgetuigd. Inmiddels heeft Schiphol geen vaste bewoners meer. Het team van SSW is zeven dagen per week aanwezig tot 1 uur ’s nachts en helpt zo’n 250 mensen per maand. Bijna niemand is langer dan drie dagen op de luchthaven.

Ruwweg veertig procent van de cliënten komt uit Nederland, vijftig procent uit de rest van Europa en tien tot vijftien procent uit de rest van de wereld. Drie procent komt uit de regio van Schiphol.

Schiphol Social Work wordt gefinancierd door het Rijk, Schiphol, de Koninklijke Marechaussee, de gemeente Haarlemmermeer en Haarlem.
Het merendeel van de mensen is voor het eerst in beeld. “Dat zijn bijvoorbeeld arbeidsmigranten die dakloos zijn geworden of reizigers die in de war zijn geraakt,” zegt Van Bockel. Een kleiner deel komt vaker terug – bijvoorbeeld omdat ze drugs vinden in de prullenbakken, statiegeldflessen verzamelen of omdat Schiphol een rol speelt in hun waanbeelden.

Tijdens hun diensten gaan de sociaal werkers op pad in de vertrek- en aankomsthallen, op de treinperrons, in het buitengebied rondom de terminal en op Schiphol Plaza, het gedeelte dat verbonden is met het station. “Langs de hotspots, de trappenhuizen en kleine kiertjes,” zegt Otte. “We zoeken altijd oogcontact. Als iemand je blik vasthoudt, is er vaak wat aan de hand.” Deze ochtend belde de Koninklijke Marechaussee – in feite de politie op Schiphol – al over Miro, de Finse man die voor het hotel stond. De marechaussees vermoedden dat hij zorg nodig had en schakelden vervolgens de sociaal werkers in.

Puzzel ontrafelen
En zo staan Otte en Klein Haneveld nu naast Miro bij het hotel. Hij wil geholpen worden en geeft uit zichzelf zijn telefoon. “Misschien staat hier nog handige informatie op,” zegt hij. “Maar niet mijn vader bellen! Ik wil hem niet belasten.”

De wandeling naar de terminal verloopt moeizaam. Miro doet minuten over een afstand van een paar meter. Af en toe stopt hij, leunt hij met zijn hoofd tegen een paal of spuugt hij in een plantenbak. Sommige reizigers kijken ernaar, anderen wenden hun blik af.

Vaak betaalt familie in het buitenland een ticket naar huis, vertelt Otte. “Soms worden de cliënten opgehaald door familie, als ze niet in staat zijn zelf te vliegen. Als ze zelf geen geld hebben en de familie niet wil betalen, proberen wij iets te regelen met de ambassade of luchtvaartmaatschappij.”

Miro heeft intussen een sigaret gebietst en is op een bankje gaan zitten. Even later vinden Otte en Klein Haneveld een document op zijn telefoon. “Het lijkt erop dat Miro in Turkije was voor werk. Misschien is hij daar verward geraakt.” Klein Haneveld belt het nummer van de werkgever, maar krijgt geen gehoor. Dan wil Miro een groepsfoto maken. De mannen gaan naast elkaar staan. “Soms moet je even investeren in de vertrouwensband,” zegt Otte, voordat hij naar de camera lacht. “Om de puzzel te ontrafelen.”

Permanent veiligheidsgebied
Tussen de reizigers in de vertrekhallen komen de sociaal werkers Alex tegen. Hij is wijkopper bij de marechaussee. Een soort wijkagent, maar dan voor Schiphol-Centrum.

“Wij handhaven bij overlast,” zegt Alex, die niet met zijn achternaam in de krant wil. Hij heeft een blauwe baret op en draagt een veiligheidsvest. “Maar niet alle overlastgevers moet achter slot en grendel. Velen hebben juist zorg nodig.”

Dat de marechaussee en sociaal werkers zo nauw samenwerken, is uniek aan de werkwijze op Schiphol, zegt Otte. “Zij bewaken de veiligheid, wij hebben contact met de crisisdiensten, daklozenopvang en ambassades. We zijn samen verantwoordelijk.”

Dat betekent overigens niet dat ieder verward persoon direct zorg krijgt. Schiphol heeft een verhoogd dreigingsniveau en is een permanent veiligheidsgebied. Bij meldingen komt de marechaussee direct in actie. Alex: “Soms is het risico te hoog en moet een persoon met onbegrepen gedrag worden aangehouden.”

Om dat te voorkomen, wordt preventief gehandeld. “Zorgmijders halen we uit de anonimiteit,” zegt Otte. “We spreken ze aan, maken contact. Maar als iemand uiteindelijk geen hulp accepteert, moeten we hard zijn.”

In Amsterdam krijgen dak- en thuislozen die op straat slapen sinds dit jaar geen boetes meer. Op Schiphol, gemeente Haarlemmermeer, gebeurt dat wel. “Er moet wel een plan achter zitten,” benadrukt Jasper. “Een boete kan ervoor zorgen dat iemand toch hulp accepteert. Of we bouwen een dossier op om in een rechtszaak verplichte zorg af te dwingen.”

Opgepakt door ICE
Intussen is er een nieuwe melding binnengekomen. Het gaat om een man uit Venezuela. Hij is klein van stuk, netjes geschoren en heeft een grijze trui over zijn schouders gehangen. Zijn ogen staan droevig.

Een paar weken eerder was de man aan het winkelen in zijn woonplaats in Miami toen hij door de Amerikaanse immigratie- en douanedienst ICE werd opgepakt. Omdat hij eerder dertig jaar op Aruba woonde, heeft hij ook de Nederlandse nationaliteit. Hij was nooit in Nederland geweest en kent er niemand. Toch is hij door ICE op het vliegtuig naar Amsterdam gezet.

De man spreekt enkel Spaans. Hij sleept een soort roze vuilniszakje met zich mee, met daarin wat kledingstukken en zijn paspoort. Een telefoon heeft hij niet. In Miami had hij een auto en een woning vol spullen, maar dat is hij allemaal kwijt, zegt hij. De man is zelf het bureau van de marechaussee binnengelopen.

“Ik heb geen geld,” zegt hij in het Spaans. “Kunnen jullie me niet helpen aan een baan en een huis? Ik wil hier wel werken.”

Otte neemt de man apart. “Wij denken dat dat geen goed plan is,” zegt hij duidelijk. “Er is geen instantie of gemeente verantwoordelijk. En er staat hier helaas geen huis voor je klaar. Het is beter als je teruggaat naar je dochters op Aruba.” De man loopt boos weg.

Crisisdienst
Het is een drukke dag, de ene na de andere cliënt dient zich aan. Niet ongebruikelijk. Het wordt sowieso steeds drukker op de luchthaven, ziet projectleider Van Bockel. Het aantal incidenten met verwarde personen stijgt – net als in de rest van het land.

Ruim de helft van de 250 mensen waarmee het team maandelijks te maken heeft, vertoont onbegrepen gedrag. Sommigen doen pogingen tot suïcide. Van Bockel: “Het is een maatschappelijk probleem dat hier tot uiting komt. De zorg is uitgehold en de luchthaven blijft een vergaarbak van kwetsbare mensen.”

Zo ook de 23-jarige Miro. Hij raakt er gedurende dag steeds slechter aan toe. Otte en Klein Haneveld krijgen zijn vriendin te pakken, die zegt dat ze zijn gedrag niet herkent. Op een gegeven moment buigt Miro zijn telefoon kapot en gaat hij tijdens het roken op de weg staan, terwijl daar taxi’s rijden. Hij lacht en huilt door elkaar.

De sociaal werkers besluiten de crisisdienst te bellen. Een paar uur later wordt Miro, ingesnoerd op een brancard, door de spoedeisende psychiatrie naar buiten gereden. “Hoe ben ik hier nou weer beland?” vraagt hij hardop. “My brothers and sisters! Safety first.”

De man uit Venezuela heeft, na meerdere gesprekken met de sociaal werkers, besloten terug naar Aruba te gaan. Schiphol Social Work heeft geholpen met het regelen van het ticket, zijn ex-partner heeft betaald.

Miro is opgenomen in een psychiatrische kliniek, waar hij beweerde Jezus te zijn. Hij is gestabiliseerd en zijn moeder is hem vanuit Finland komen ophalen.

 

Bron: Het Parool

Altijd op de hoogte? Meld u aan voor de wekelijkse nieuwsbrief