Gepubliceerd op: 6-10-2023
Toenmalig buitenlandminister Sigrid Kaag (D66) had steviger de leiding moeten nemen tijdens de val van Kabul in augustus 2021 om de evacuatie in goede banen te leiden. Dat is een van een reeks stevige conclusies van de commissie-Ruys, die de chaotische situatie na de val van de hoofdstad Kabul in augustus 2021 onderzocht.
Ruys prijst tegelijk de enorme inspanningen die Nederlanders leverden om er in de crisis het beste van te maken. Bij de val van Kabul stapelde Nederland fout op fout, was al eerder duidelijk. De onderzoekscommissie onder leiding van oud- topambtenaar Maarten Ruys bevestigt vrijdag dat sombere beeld. Tal van betrokkenen krijgen ervan langs, maar prijzende woorden zijn er ook voor mensen die zich dag en nacht inspanden.
In de aanloop ging het al mis. Nederland, maar ook andere landen, stelden tijdens de opmars van de Taliban vanaf 2020 de situatie te lang te rooskleurig voor. Ze dachten dat het Westen wel zaken kon doen met een ’gematigde Taliban 2.0’.
Signalen genegeerd
Den Haag luisterde te weinig naar het ambassadeteam in Afghanistan dat al een jaar voor de val van Kabul alarm had geslagen, concludeert de commissie. De betrokken ministeries negeerden dergelijke signalen. De commissie spreekt van een ’collectieve inschattingsfout’ en een ’echokamer’, waarin betrokkenen elkaar de optimistische versie bleven vertellen. Iedereen dacht dat het door het Westen getrainde Afghaanse leger meer weerstand zou bieden, ook nog nadat het op 8 augustus het gebied Kunduz zonder verzet had overgegeven. De militaire inlichtingendienst MIVD, die nauwelijks nog oren en ogen in Afghanistan had, voorzag de opmars ook niet.
Nederland had eerder in actie moeten komen, stelt Ruys. Bijvoorbeeld door militairen naar Afghanistan te sturen om het ambassadeteam te beschermen. Dat team vertrok op 16 augustus omdat de situatie op het vliegveld van Kabul niet veilig was om te blijven. Den Haag, op grote afstand overtuigd dat het vliegveld veilig was, drong er juist op aan dat het team bleef. Daarmee veegde Den Haag het professionele oordeel van de ambassadeurs ter plaatse aan de kant.
’Angst voelbaar’
In de week voor de val van Kabul kwam binnen Defensie tweemaal de optie op tafel om tien tot twaalf elitemilitairen te sturen. Ook de ambassade zelf vroeg om militaire specialisten. De militaire leiding legde dat naast zich neer met het argument dat inmenging van de krijgsmacht tot paniek zou leiden vanwege het signaal dat ’iedereen naar de uitgang rende’. De commissie-Ruys vindt dat onzin: die paar Nederlandse militairen stelden niets voor bij de veel grotere militaire aanwezigheid van de VS en andere landen.
Bij Buitenlandse Zaken werd volop geïmproviseerd toen het eenmaal misliep en bleek dat er veel meer medewerkers van de Nederlandse missie moesten worden weggehaald uit de veroverde hoofdstad. Strakke regie ontbrak. Er circuleerden verschillende namenlijsten van te evacueren mensen, de mailbox raakte overvol. Leden van het belteam bleken onvoldoende getraind voor hun zware taak. Ze liepen soms psychische schade op door de stortvloed van paniekerige telefoontjes van Afghanen die ze niet konden helpen. Door de lijn ’was de angst voor de Taliban voelbaar’.
Kaag pakte regierol niet
Ruys geeft ook kritiek op toenmalig buitenlandminister Sigrid Kaag (D66). Haar departement had de leiding, maar zij pakte de regierol niet. Daar kwam bij dat andere bewindslieden Kaag de regie niet gunden. Probleem was ook dat de ministeries elk op hun eigen eiland bleven en niemand zich eindverantwoordelijk voelde.
Vrijwilligers bemoeiden zich vanuit Nederland met de evacuatie en hebben geholpen om Afghanen weg te krijgen. Maar hun bemoeienis werkte soms ook verstorend, zegt Ruys. Jan en alleman trok aan de bel met eigen namenlijsten. Lang was onduidelijk wie wel en niet in aanmerking kon komen voor evacuatie. Tolken, beveiligers en andere lokale medewerkers zaten daardoor lang in onzekerheid.
Toch knappe prestatie
Ook de Tweede Kamer bemoeide zich met de evacuatie. Met motie-Belhaj drong de Kamer erop aan om een bredere groep Afghaanse ex-medewerkers van de Nederlandse missie en hun familieleden in aanmerking te laten komen voor evacuatie omdat ze gevaar liepen. Doordat het kabinet daarmee instemde, werd de operatie nog groter en ingewikkelder. Duidelijk was al dat de motie in feite ’onuitvoerbaar’ was.
Uiteindelijk heeft Nederland tijdens de Kabul-crisis toch een knappe prestatie neergezet, vindt Ruys. De special forces die uiteindelijk toch waren ingevlogen, de Brigade Speciale Beveiligingsoperaties (BSB) en andere hulptroepen werkten onder hoge druk dag en nacht door in stank en hitte. Tijdens de operatie lukte het om 1850 mensen weg te sluizen naar veiligheid. Bijvoorbeeld door ’Holland Spot’ te creëren, een eigen onofficiële ingang in het hek van het belegerde vliegveld. Inclusief de periode erna zijn 2677 mensen naar Nederland gebracht.
Bron: De Telegraaf
Als SMC'er ontvangt u zes keer per jaar het rijk geïllustreerde tijdschrift Marechaussee Contact.
Meld u meteen aan om mee te doen!
Marechaussee heeft handen vol om West-Brabant en Zeeland veilig te houden
Schiphol verwacht een drukkere zomervakantie
Samenwerking voor groei van kazernes op de Veluwe
Deze meneer zal moeten bellen om zich op te laten halen
Samenwerking voor ceremoniële inzet paarden KMar en Franse Gendarmerie